Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [60]Dit [nu] zal hun tot een erfenis zijn: Ik ben hun Erfenis; daarom zult gij hunlieden geen bezitting geven in Israel; Ik ben hun Bezitting. 60. Vergelijk deze wetten met Num.18:8,20,24; Deut.10:9, en Deut.12:12, en Deut.14:27, en Deut.18:1,2, en Deut.26:12; onder dezelve wordt den kerkendienaren van God verordineerd hun behoorlijk onderhoud. Zie Matth.10:10; Luk.10:7; 1 Kor.9:4,6,7, enz., en zeer klaarlijk vs.13,14, aldaar.